Peter Plasman
In zijn blog van 8 september jl. stelt Ferdinandusse dat de rechter-commissaris in Alkmaar wel heel lichtvaardig op de stoel van de wetgever is gaan zitten toen hij besloot om op verzoek van een verdachte het verhoor als bedoeld in artikel 59a Wetboek van Strafvordering eerder dan voorzien te doen plaatsvinden.
Ervan uitgaande dat Ferdinandusse niet zal bedoelen dat de rechter wel op die stoel mag gaan zitten als hij dat maar niet heel lichtvaardig doet is zijn standpunt interessant in het licht van de “stoelendans” die thans gaande lijkt. De benadering zou ook kunnen zijn dat wanneer de rechter tijdens die stoelendans constateert dat zijn stoel bezet is door de wetgever hij dan maar even op de stoel van laatstgenoemde moet plaatsnemen.