Plasman en Korthals Altes discussieerde op dit blog over de (filmende) media in de rechtszaal. In aanvulling daarop kom ik tot drie opmerkingen.
1. Enkele dagen geleden moest ik in een grote strafzaak uitspraak doen waarvoor veel mediabelangstelling was en een grote omroep zich had gemeld. De verdachte zou niet verschijnen en ik had toegestemd in het filmen van de uitspraak. Grote camera’s op hoge torens snorden, ik lichtte de gang van zaken sinds 2006 toe en las daarna de kern van de belangrijkste overweging voor. Na het uitspreken verliet ik de zaal, maar werd na een paar minuten terug geroepen naar de zittingzaal omdat de camera’s waren gezwenkt en de nabestaanden op de voorste rij aan het filmen waren.
Met deze zoveelste ervaring rijker houd ik mijn eerdere standpunten staande dat de filmende media wel een beroep doen op de openbaarheid van het strafproces, maar eigenlijk weinig of geen notie hebben waartoe die openbaarheid ooit is ingevoerd. Lang geleden alweer werden strafprocessen openbaar om aan het volk duidelijk te maken dat besloten rechtspraak en geheime inquisitie vervangen waren door rechtspraak in het openbaar. Dragen beelden, via stemgeluid of visuele opnames, bij aan het klassieke openbaarheidsbeginsel of aan een verbeterde informatievoorziening rond de rechtspraak? Ik betwijfel het. Het gaat de filmende pers om selectieve plaatjes om de achterban te bedienen met enkele pakkende shots die de kijkcijfers opkrikken. De leiding van de rechtspraak is meegebogen met deze nieuwe druk vanuit de filmende pers omdat men hoopt dat de band tussen samenleving en rechtspraak wordt verbeterd. Daarmee wordt miskend dat er geen grens is aan het infotainment, met als recente uitspatting foto’s van Volkert van der G op de voorpagina van een krant die zich een uitstraling van heiligheid proberen aan te meten, maar zelfs de lezer van dat blad ziet dat het schijnheiligheid is. In 1985 verscheen een boek over de amusementsindustrie met de pakkende titel Amusing ourselves to death, wat mij betreft in casu over de rug van verdachten en de integriteit van de strafrechtspraak. Terug naar de kern van dit punt: ik weet niet of de band tussen samenleving en rechtspraak wel verbetering behoeft, maar op grond van het openbaarheidsbeginsel zie ik geen recht voor de media om opnames in de rechtszalen te maken zoals thans geschiedt. Lees meer …